Na een rustige nacht achter ons anker, verlieten we omstreeks kwart voor acht de ankerkom bij het
Zuiderzeemuseum van Enkhuizen richting de sluizen van Kornwerderzand. Het was
licht bewolkt weer, de wind was inmiddels gekrompen naar het zuidwesten, kracht
3-4 en zeilden we met ruime wind naar het Noorden. We waren praktisch de enige
zeilers op het IJsselmeer, want zelfs in verte konden we nauwelijks schepen
ontwaren. Om 10:00 uur zeilden we langs Stavoren. Inmiddels was het drukker
geworden op het water en kwam er ook een flauw zonnetje te voorschijn. Om elf uur viel de wind weg en werden we ook nog getrakteerd op een grote hoeveelheid muggen, die half dood op het dek en de zeilen neerstreken, zodat we weer het nodige poetswerk in het vooruitzicht hebben.
Nadat we de motor bijgezet hadden, kwamen we een uur later in
Kornwerderzand aan. Het was druk bij de sluis en bij de eerste lichting
van de kleine sluis voor de watersport konden we net niet mee. Na oproep via de marifoon mochten we met de
eerstvolgende lichting van de grote sluis van de beroepsvaart mee, zodat we omstreeks 13:00 uur op
de waddenzee waren en we via Harlingen naar Vlieland voeren. We hadden
voornamelijk tegenwind in de vaargeulen, zodat we grotendeels de motor moesten
gebruiken en maar weinig konden zeilen. Onderweg werden we ingehaald door de veerboot van Vlieland en een grote sleper, die voor de nodige deining zorgde. Om half vijf voeren we de jachthaven
van Vlieland binnen, waar het al vol lag met passanten vanwege het Pinksterweekend.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten